Hoeveel zal mijn pensioen als ambtenaar bedragen?

Zelfstandigen staan er niet erg goed voor, wat hun pensioen betreft. Hun wettelijke pensioen zal zeer mager zijn, en zij hebben er alle belang bij beroep te doen op de drie andere pijlers om een leefbare oude dag hebben. Voor vastbenoemde ambtenaren is de situatie lijnrecht tegenovergesteld. Voor hen is en blijft de eerste pijler een stevige en comfortabele basis.

pensioen ambtenaar
In dit artikel

    Voor de ambtenaren

    Het gemiddelde brutopensioen van een werknemer in ons land bedraagt ongeveer 1.375 EUR per maand. Dat van de ambtenaar … is meer dan dubbel zo hoog: 2.933 EUR). Je begrijpt dus waarom we eerder schreven dat het statuut de grootste rol speelde in de bepaling van het pensioen ….

    Het pensioenstelsel van statutaire ambtenaren verschilt sterk van dat van werknemers. Voor de berekening van het pensioen van de meeste ambtenaren gaat men niet uit van de bezoldiging die werd verkregen tijdens de loopbaan, maar wel van een referentieloon dat overeenkomt met het gemiddelde van de bezoldiging van de laatste tien jaar van de loopbaan. Deze referentiewedde wordt vermenigvuldigd met het aantal aanneembare dienstjaren en gedeeld in principe gedeeld door 60.

    Het geïndexeerde absolute maximumbedrag voor een ambtenarenpensioen komt overeen met 86 620,55 EUR bruto per jaar (index 1,8476 op 01.03.2022) of 7 218,38 EUR bruto per maand. Zonder twijfel een extra stimulans om voor de overheid te (gaan) werken!

    Veel mensen onderschatten hoeveel pensioen ze nodig zullen hebben. Wil je weten hoeveel je nodig hebt bovenop je wettelijk pensioen? Doe dan hier de test.

     

    … en de verkozenen

    Wie denkt dat de ambtenaren er gunstig voorstaan, moet eens kijken naar het pensioen van onze parlementsleden. Tot voor kort was dit pensioen bijzonder gunstig, maar ook hier komt verandering. Een “volledige loopbaan” in het federale parlement werd in enkele jaren opgetrokken van 20 naar 26 jaar, dan 36 jaar, maar in 2030 zullen parlementsleden zoals iedereen een loopbaan van 45 jaar moeten voorleggen voor een volledig pensioen. De pensioenleeftijd voor parlementsleden ging in 2019 naar 65 jaar en zal in 2030 67 jaar bedragen, zoals voor alle medeburgers. Het pensioen van een lid van de Kamer van Volksvertegenwoordigers bedraagt nu 75 % van de laatste parlementaire wedde, maar hiervoor moet men wel volledige loopbaan hebben als Kamerlid.

    De derde pijler als perfecte aanvulling

    Maar elke medaille heeft een keerzijde. Voor een ambtenaar is het moeilijker om zijn wettelijk pensioen aan te vullen, althans via de tweede pijler. Dit is eigenlijk ook logisch: de tweede pijler werd precies opgericht om het magere wettelijke pensioen van de privésector ten opzichte van de ambtenaren te compenseren. Ambtenaren kunnen echter zonder probleem gebruik maken van de derde pijler van het pensioenstelsel om hun pensioen nog aan te vullen. Ook zij kunnen aan pensioensparen doen, een levensverzekering nemen en/of aan langetermijnsparen doen, al was het maar om de fiscaal gunstige tarieven te genieten. En ook voor hen is het eigen vermogen natuurlijk een troef voor een comfortabele oude dag.

    Vastbenoemde ambtenaren hoeven zich dus veel minder te zorgen te maken over hun toekomst dan andere categorieën van de bevolking. Dat neemt niet weg dat ook zij er alle belang bij kunnen hebben, hun pensioen aan te vullen.

    Meer weten over pensioensparen?

    Deel dit artikel